Tripel A voor de Indignados!

Op zaterdag 15 oktober bracht de actiedag voor globale verandering van de Indignados in Brussel 8000 tot 10.000 manifestanten op straat. Voor het overgrote deel ging het om niet-georganiseerde en veelal jonge mensen die het, verenigd in verontwaardiging, gemunt hadden op de goklust van de banken, de graaicultuur bij de bedrijven, de almacht van de speculanten... en vooral ook de onwil van politici, en bij uitbreiding het hele establishment, om daar iets tegen te ondernemen. Alles moet weg! De thema’s, de sfeer, de activisten en de democratische cultuur van de Indignados deden onvermijdelijk terugdenken aan de hoogdagen van het andersglobalisme van tien jaar eerder. En toch is er ook een belangrijk verschil: de crisis slaat vandaag volop toe in Europa zelf waardoor de verontwaardiging veel dieper geworteld zit in de sociale achteruitgang die we meemaken. Dat de van oorsprong Spaanse Indignados ons een weg tonen om daartegen te vechten, verdient niets minder dan een Tripel A!

David Dessers

De Indignados verschenen op het toneel op 15 mei 2011, een week voor de lokale en regionale verkiezingen van

22 mei in Spanje. Vanaf die dag werden in meer dan 50 Spaanse steden pleinen bezet en betogingen georganiseerd tegen de crisis en besparingen en voor het herwinnen van de democratie. Die democratie moest terug aangestuurd worden door de bevolking zelf, en niet door gecorrumpeerde politici die naar de pijpen van de financiële markten dansen. Honderdduizenden mensen, waaronder massa’s jongeren, namen deel aan deze pleinbezettingen en bijhorende volksvergaderingen. De bezetting van de Puerta Del Sol in Madrid sprong daarbij het meest in het oog. De wind van de Arabische lente bereikte het Europese continent...

Vastgoedbubbel

Net als in Griekenland, Portugal en Italië laat de huidige crisis diepe sporen na in Spanje. Dat land had, zoals de VS, last van een speculatieve vastgoedbubbel, die uiteenspatte rond 2008. De banken hadden via dubieuze hypotheken en kredieten gespeculeerd op een ongebreidelde groei van de huizenmarkt. Toen die bubbel uiteenspatte bracht dat niet alleen de banken in de problemen, tienduizenden gewone Spanjaarden dreigden hun huizen te verliezen. De economie kwam in een neerwaartse spiraal terecht, de werkloosheid groeide fors en het land werd hoe langer hoe meer de speelbal van speculanten. Spaanse obligaties werden gedumpt en de kredietrating van het land verlaagd.

Het bootje is niet even gammel als dat van Griekeland, maar de logica is dezelfde. En het is de bevolking die de rekening betaalt: de werkloosheid is in Spanje gestegen tot 21 procent, hoger dan ooit. Bij de jongeren beneden de 25 bedraagt de werkloosheid zelfs 43 procent. Mensen raken alles kwijt en de politieke wereld schuift enkel maar besparingen naar voor als perspectief. Die uitzichtloosheid leidt tot verontwaardiging. De woekeraars van de financiële instellingen hebben jarenlang gegokt en de winst opgestreken. Maar wanneer het feestje uit de hand loopt, draait de hele samenleving er voor op en raakt de democratie volledig ondergesneeuwd.

Belgische Indignados

De Indignados zijn daarom niet zo verschillend van de Grieken die hun woede uitschreeuwen op het

Syntagmaplein in Athene, of van de verontwaardigde opstandelingen in Egypte die op het Tahrirplein hun slag thuishaalden of van de duizenden bezetters in het Zucotti Park in New York en hun Occupy Wall Street. In deze wereldwijde cyclus van opstanden eisen de Spaanse Indignados wel hun plaats op. Spanje is de vierde economie van de eurozone, na Duitsland, Frankrijk en Italië. En het verzet binnen die economie neemt hevige vormen aan. De Indignados staan voor een radicale afwijzing van het ganse establishment en gaan resoluut voor een andere samenleving. In juli 2011 beslisten ze om marsen op te starten naar Brussel, die zouden uitmonden in de actiedag van 15 oktober. Zo werd de term ‘Indignados’ een internationaal begrip, gezien het de bedoeling was om vanuit verschillende Europese landen dergelijke marsen op te starten en er dus vele nationaliteiten mee te verbinden.

Wie waren nu de misschien wel tienduizend betogers die op straat kwamen in Brussel op 15 oktober? Alvorens daar een antwoord op te verzinnen, is het belangrijk om te weten dat het uiteindelijke aantal manifestanten de verwachtingen sterk oversteeg. Ook onder de initiatiefnemers waren de verwachtingen een week voor de actie niet erg hoog gespannen. Drieduizend betogers zou een succes zijn, maar velen hielden rekening met een actie van pakweg 1500 mensen. Ook de groepjes van marcherende ‘Indignados’ die her en der de Belgische steden aandeden waren eerder klein.  Waar kwamen ze dan vandaan, die activisten van de 15de oktober? Vast staat dat er heel wat internationale manifestanten bij zaten. De oproep van de Indignados vond voldoende gehoor om op de valreep nog een pak internationale actievoerders aan te trekken. Maar daar houdt het zeker niet bij op. Het is dan ook zeer duidelijk dat een behoorlijk deel van de manifestatie gewoon uit Belgische ‘Indignados’ bestond. Zeker, meer Franstaligen dan Nederlandstaligen, maar zelf kwam ik heel wat mensen tegen uit de stad waarin ik woon, Leuven. De ‘Indignados’ lijken op die manier ook de inlandse publieke opinie sterk te hebben beroerd...

O19

De manifestatie van 15 oktober vond bijna dag op dag tien jaar na een soortgelijke manifestatie in Gent plaats. Op 19 oktober 2001 trokken er in de late namiddag een 15.000 betogers door de Gentse binnenstad om te protesteren tegen het neoliberalisme van de Europese Unie. Die dag vond er immers onder Belgisch voorzitterschap een informele EU-top plaats in de thuisstad van de toenmalige premier Guy Verhofstadt. We beleefden de hoogdagen van het andersglobalisme, met de legendarische protesten tegen de G8 in het

Italiaanse Genua nog vers in het achterhoofd. Meer dan een jaar daarvoor was er vanuit het Amerikaanse Seattle een nieuwe golf van protest ontstaan, die stilaan uitdeinde naar de vijf continenten. Beleven we vandaag een tweede adem van die andersglobalistische strijd?

Het antwoord ligt voor de hand: elke strijdbeweging heeft zijn tijd, ligt in het vervolg van de vorige maar is nooit helemaal hetzelfde. Vandaag kunnen we enkel maar vaststellen dat de crisis van het kapitalisme veel omvangrijker is geworden dan tien jaar geleden. Seattle en het andersglobalisme kwamen er als reactie op de Aziatische financiële crisis van 1997-1998, op de macht van de internationale instellingen en de manier waarop voornamelijk derde wereldlanden leeggezogen werden door het neoliberale beleid.  Daardoor werden de andersglobalisten wel eens omschreven als jonge rebellen die enkel op basis van morele verontwaardiging te werk gingen en die uiteindelijk te weinig verankerd zaten in de maatschappij. Dat sloeg dan vooral op de beweging in Europa en de VS, in Latijns-Amerika bracht het eerste decennium van de 21ste eeuw wel al een werkelijke ommekeer naar links, met politieke en electorale overwinningen in een hele reeks landen.

Geworteld in de crisis

Sinds Seattle (1999) hebben er tal van nieuwe ontwikkelingen plaatsgevonden. De imperialistische oorlogspolitiek is na de aanslagen van 9/11 terug sterk opgelaaid. Met de oprukkende klimaatverandering is duidelijk geworden dat de onbegrensde kapitalistische groei op een planeet met ecologische grenzen ons naar de afgrond voert en –last but not least-  de financiële crisis en de daaropvolgende sociale en budgetcrisis heeft zich herhaald maar dan in het hart van de kapitalistische economie, namelijk in Europa en de VS. Dat zorgt voor ongeziene taferelen in de eurozone.

Griekenland is er het ergst aan toe. Tijdens een conferentie tegen besparingen in Londen maakten Griekse vertegenwoordigers van vakbonden en sociale bewegingen duidelijk wat die crisis precies betekent. In Griekenland werden reeds duizend scholen gesloten door de besparingen en er zullen er nog tweeduizend volgen. Loontrekkenden en gepensioneerden hebben 30 tot 50 procent of meer van hun koopkracht moeten afstaan en voor het eerst sinds de tweede Wereldoorlog komt er weer honger voor in het Zuid-Europese land.

 Onder voogdij van de trojka ‘Europese Commissie – Europese Centrale bank – Internationaal Muntfonds’ wordt Griekenland omgetoverd van een relatief welvarend land tot een quasi ontwikkelingsland...

Maar de gevolgen van de crisis beperken zich niet tot Griekenland of tot Zuidelijk Europa. Zowat alle landen in Europa kampen met rode cijfers wegens de bankencrisis van 2008 en zowat alle landen trachten die crisis te bestrijden met de recepten van de Europese Commissie: ontvetting van de overheid, een knip in de uitgaven, besparen op pensioenen en lagere lonen aan de ene kant en het in de watten leggen van de bedrijven om zo een groei te bespoedigen aan de andere kant. En zo wordt de rekening van de crisis zonder pardon doorgeschoven naar de overgrote meerderheid van de mensen.

De Indignados hebben daarom een veel diepere verankering in de sociale realiteit van Europa dan de andersglobalisten van tien jaar geleden. Dat betekent geenszins dat al het opbouwende werk dat er verricht werd in de laatste tien jaar om tot een Europese sociale beweging te komen voor niets is geweest. Integendeel, de Indignados hebben de trein –die gestationeerd leek – terug op gang getrokken. En van oude treinen is geweten dat ze, eens ze terug in gang gestoken worden, niet meer zo makkelijk stilvallen.