COP Bonn: start onder slechte sterren.
In 2016 is de uitstoot van CO2 zorgwekkend toegenomen. Anderhalve keer meer dan de gemiddelde jaarlijkse toename gedurende de voorbije tien jaar. Het jaar voordien waren nochtans grote klimaatbeloftes gemaakt in Parijs. De nodige stappen om de opwarming van de aarde te beperken tot max. 1,5 graad werden er uitgeschreven. En op de huidige COP in Bonn zouden die omgezet worden in effectieve plannen. Naast de koolstofdioxide, is er nog een sterker broeikasgas, methaangas, dat ons bedreigt. Ook die uitstoot blijft stijgen.
Ook Vlaanderen en België zitten helemaal niet op koers meldden de kranten van Mediahuis eind september. Het persagentschap Belga vatte het als volgt samen: “Vlaanderen moet tegen 2020 de uitstoot van broeikasgassen met 15,7 procent reduceren ten opzichte van 2005. Het ziet ernaar uit dat we stranden op amper 2 procent. Volgens de klimaatdoelen die Europa oplegt, moet ons land tegen 2020 de broeikasgasemissies in de landbouw, het transport, de gebouwen en de kleine industrie met 15 procent afbouwen tegenover 2005. Vlaanderen neemt zelfs 15,7 procent voor zijn rekening. Vandaag hebben we echter 2 procent emissies gereduceerd. In 2005 bedroeg de Vlaamse uitstoot van broeikasgassen 46.203 kiloton, in 2016 was dat 45.300 kiloton. Tussen 2014 en 2016 gingen de emissies zelfs opnieuw omhoog. Uit de prognoses van de Vlaamse regering blijkt dat de uitstoot de komende drie jaar ongeveer stabiel blijft. Als we snel bijsturen, kan Vlaanderen in 2020 misschien nog afkloppen op een totale reductie van 5 procent. Ook Wallonië en Brussel presteren ondermaats. Volgens de laatste cijfers zou België daardoor in 2020 een reductie van 8 à 10 procent halen, ver van de opgelegde 15 procent.”
De bomen en de bel
Het WMO (Wereld Meteorologische Organisatie) en het Unep (VN-milieuagentschap) luiden de noodbel. Volgens het WMO is de CO2-concentratie in de atmosfeer het voorbije jaar gestegen tot 403 ppm (parts pro million). In 2015 was de grens van 400 ppm al bereikt. Vanaf dan werd het al moeilijk om de opwarming aan te pakken. Want de afbraak van koolstofdioxide vraagt duizenden jaren. Het Unep kleeft er cijfers op: “een stijging van minstens 3 graden tegen het einde van 2100 is erg waarschijnlijk.”
Inspanningen
Ook volgens Petteri Taalas, secretaris-generaal van de WMO, kunnen de gevolgen catastrofaal zijn. We stevenen volgens hem af op een gevaarlijke temperatuurverhoging die ver boven de doelstelling van het Parijse klimaatakkoord ligt. Tenzij we de CO2-uitstoot snel kunnen verlagen. Om dat te bereiken moet verder geïnvesteerd worden in groene technologie. En de kolencentrales moeten sneller dicht. Wereldwijd zijn er nog 6.683 die op steenkool draaien. Er worden er zelfs nog bijgebouwd. China en India doen alvast inspanningen en willen van de steenkool af. Maar ook Turkije, Indonesië en Japan moeten dringend volgen. In de VS had de Amerikaanse president beloofd om de steenkoolmijnen open te houden. Gelukkig is dat tot nu toe enkel een verkiezingsbelofte geweest. Duitsland blijft de grootste bruinkoolcentrale van Europa open houden. Dit weekend werd die ook nog door een aantal actievoerders bezet.
Eilandstaat Fiji
In aanloop naar de Klimaattop in Parijs werden alle deelnemers uitgenodigd om hun vooropgestelde vrijwillige bijdrage mee te delen. Voor en tijdens de top maakten 187 van de 195 landen, goed voor meer dan 95% van de globale uitstoot, hun beoogde bijdrage bekend. Ook de Europese Unie. De EU zal haar emissies tegen 2030 met minstens 40% verminderen t.o.v. 1990 (cf. het Europees Klimaat- en Energiepakket 2021-2030).
Als alle meegedeelde bijdragen worden uitgevoerd, zal de gemiddelde temperatuurstijging volgens de website vlaamseklimaattop.be tegen het einde van deze eeuw 2,7°C tot 3,5°C bedragen. Wat een aanzienlijke vooruitgang betekent t.o.v. de situatie vòòr de top (4°C tot 5°C opwarming), maar totaal onvoldoende is om de overeengekomen doelstelling te behalen. Daarom voorziet het akkoord in een vijfjaarlijkse controle die bekijkt of de som van de bijdragen voldoende is om de globale doelstelling (ruim onder 2°C en 1,5°C nastreven) te behalen. Op basis van die evaluatie moeten alle deelnemers een nieuwe eigen bijdrage voorbereiden en meedelen. De verdere uitwerking daarvan gebeurt dus nu in Bonn.
Het voorzitterschap van de klimaatconferentie is in handen van de Fiji-eilanden, een van de armste landen ter wereld. Dat is geen toeval: zulke kleine eilandstaten zijn vaak het eerst getroffen door de klimaatopwarming en ze hebben weinig middelen om er zich tegen te verdedigen.
Voorzitter Frank Bainimarama -de premier van Fiji- zal ook gesprekken voeren over het doel dat we deze eeuw willen bereiken en hoe we daartoe kunnen raken. Die gesprekken zullen gebeuren volgens de Fiji-traditie van 'talanao': in dialoog gaan op een openhartige, eerlijke manier, zonder beschuldigende vinger. Op de COP23 zal hij zeker ook eigen gevoeligheden van de problematiek kunnen aanhalen, bv. de nood voor een schadefonds bij natuurrampen.
Nieuwe voorbereiding
Beide VN-organisaties hebben in Bonn dus geen goed nieuws te melden. Het is voor het eerst in 800.000 jaar dat er zoveel CO2 in de atmosfeer zit. En de beloofde inspanningen om de temperatuur te doen dalen uit Parijs zijn ruim onvoldoende: de uitstoot van broeikasgassen zal er slechts voor een derde door verminderen.
Vele ogen zijn nu al gericht op de eerstvolgende klimaattop, waarvoor deze in Bonn eigenlijk een voorbereiding is. Op de COP24 zal een handboek van het verdrag van Parijs worden voorgesteld. Een VN-klimaatpanel van wetenschappers zal duidelijk stellen wat dient te gebeuren om een stijging van de temperatuur te beperken. De 24ste conferentie of COP (Conference of the Parties) is niet toevallig gepland in Katowice, het hart van de Poolse steenkoolindustrie. Ondertussen verstrijkt de tijd en wordt duidelijk dat de politiek helemaal niet tegemoet komt aan de alarmkreten van de wetenschappers.
Wim Schrever/Filip De Bodt
Climaxi organiseert een actie aan zee op zondag 12 november en schuift daar zijn klimaateisen naar voor: https://www.climaxi.be/agenda/waterstilstand