Zeebrugs pangasiuscentrum komt er niet.
De Haven van Zeebrugge sloot in 2013 een samenwerkingsverband met VASEP, een Vietnamese belangenorganisatie van seafood-producenten en uitvoerders. Men sprak af om in Zeebrugge een ‘hub’ te installeren die als doorgeefluik zou functioneren voor alle Europese import van pangasius. Dit plan ligt compleet in duigen. Maar de zalm ligt op de loer!
Er ontstond een storm van protest. Climaxi lanceerde een petitie tegen deze invoer. Die werd ondertekend door tweeduizend mensen: vissers, milieumensen, chef-koks, kunstenaars, vakbondsverantwoordelijken enz. De petitie werd bij het startmoment van de Week van de Smaak 2014 afgegeven aan minister Schauvlieghe. Bart Caron stelde er verschillende parlementaire vragen over. En toen werd het stil rond pangasius.
Parlementaire vragen werden niet beantwoord. In de overeenkomst was bepaald dat de
Vlaamse en Belgische regering met subsidies zouden over de brug komen, maar niemand wist verder wat er nu precies gerealiseerd werd.
Ondertussen raakte de pangasiuskweek in Vietnam zelf in diepe problemen. Internationale campagnes, zoals die van Climaxi, beschadigden het imago van de vis. Men had het over de zwaar vervuilde Mekongrivier waar de vis in gekweekt wordt, de talloze voedselkilometers die afgelegd werden, het gebrek aan smaak bij de kweekvis, de ontdekking van resistente bacteriën door de Nederlandse Stichting Wakker Dier en de concurrentie die veroorzaakt werd tegenover onze Belgische Noordzeevissers.
De productie van pangasius zakte met 7,6 % in 2013 en bedroeg toen nog 1,15 miljoen ton. Kwekers kwamen in de problemen door de lage prijzen. Volgens visconsultant HerbyNeubacher zal de productie in 2016 zakken onder de 800.000 ton: “Men verdient er niks meer aan. Wat wil je als er voor een kilogram pangasius door de supermarkten maar 2,2 euro betaald wordt? Zo een hub in Zeebrugge zou trouwens alleen maar de markt verstoren.”
Volgens Joke Swyngedouw, perswoordvoerder van het Zeebrugse Havenbestuur waren er verschillende problemen: “Er kwam een nieuwe organisatie van pangasius-exporteurs in Vietnam en die waren het niet eens over de te volgen strategie. Bovendien is Zeebrugge zijn rechtstreekse lijn met Vietnam kwijt na een herschikking bij de grote containertransporteur Ocean 3 Alliance.” Exit pangasius-hub dus. Op onze vraag hoeveel pangasius er dan wel via de gewone weg naar Zeebrugge komt, kregen we geen antwoord: “Dat is een goed bewaard geheim bij de Douanediensten.” We kregen bevestiging dat zich onder de toenmalige initiatiefnemers Zeebrugge Food Logistics en Sea-Invest bevonden. Sea-Invest is in handen van gedelegeerd bestuurder PhilippeVan de Vijvere, een man die actief is in zowat alle branches van de meeste Belgische havens. Zeebrugge Food Logistics is een bescheiden firma van de immobiliënfamilie Becaus, een dochteronderneming van de Vlaamse Visveiling. De visveiling verdient dus zowel aan onze Vlaamse vissers als aan de pangasius die de vissers op hun eigen terrein beconcurreert, stelde Flor Vandekerckhove in het laatste nummer van Het Visserijblad. Naar aloude gewoonte kwam er geen reactie.
Geen nood evenwel. In 2014 lanceerde het Havenbestuur van Zeebrugge een nieuw idee: misschien moeten we proberen om een terminal te bouwen voor ‘Noorse zalm’. Die komt nu grotendeels langs de weg naar België. Zalm wordt als kweekvis nog méér gecontesteerd dan pangasius. Volgens verschillende reportages wordt de zalm kunstmatig gekleurd, is er 5 kilo voedervis nodig om 1 kilo zalm te kweken, moet men massaal veel antibiotica gebruiken én wordt hij bovenop nog dikwijls gerookt met chemische middelen.
Kortom, in Zeebrugge leren ze het niet af. Business is business en volksgezondheid, duurzaamheid of sociale consequenties…daar heeft men het niet over. Dat Zeebrugs Havenbestuur werd nochtans samengesteld door de gemeenteraad van Zeebrugge en barst van politici: Renaat Landuyt (SP.a), Mercedes Van Volcem (VLD), Joachim Coens (CD&V), Patrick Moenaert
(CD&V), Dirk De Fauw (CD&V), Daphné Dumery (N-VA), Minou Esquenet (CD&V), Annick Lambrecht
(SP.a). Samen met een aantal gehaaide zakenmannen willen ze “de haven op een duurzame wijze ontwikkelen.
Mens, welvaart en milieu dienen hierbij in evenwicht te zijn.” Filip De Bodt