Kiescampagne Climaxi: Pulskorvissen
De houding en het antwoord van CD&V in deze valt samen te vatten met deze ene zin: Visserij minister Kris Peeters heeft meer boter op zijn hoofd dan hij boter bij de vis deed als het ging om het verduurzamen van de Vlaamse visserijsector of het Europese visserijbeleid. Citaat CD&V: "Minister-president Kris Peeters, o.a. bevoegd voor de visserij, heeft de voorbije jaren immers samen mét de sector concrete initiatieven genomen om de rentabiliteit te verbeteren, het brandstofverbruik te verlagen, het selectief vissen ingang te doen vinden." Ik was er zelf bij toen Kris Peeters op 21 januari 2009 nabij de vismijn in Oostende een rapport ontving van het Instituut voor landbouw en visserijonderzoek (ILVO). Daarin werden een reeks alternatieve visserijmethoden beschreven die hun deugdelijkheid hebben bewezen. Het zijn technieken die al lang bestaan, maar die in Vlaanderen nooit werden gestimuleerd door de overheid. Dit terwijl al jaren bekend is dat de Vlaamse traditionele boomkorvloot economische en ecologisch niet rendabel is op lange termijn. Groen! riep Kris Peeters toen ook op om de voorstellen van ILVO ondubbelzinnig te omarmen en te gebruiken. Het jaar 2009 was een zeer slecht jaar voor Vlaamse vissers: vele gingen failliet of werden over gekocht door Nederlandse reders. De Vlaamse vloot bestond toen en bestaat nog altijd voor 90 % uit boomkorschepen. Boomkorschepen gebruiken 4 tot 5 liter brandstof per kilo gevangen vis. Met de hoge olieprijzen komen reders niet meer uit de kosten. Andere vismethoden verbruiken veel minder brandstof. Maar dat CD&V het "verlagen van het brandstofverbruik" nu als een verwezenlijking van Peeters beschrijft is een beetje cynisch: het gaat daarbij immers met name om nieuwe motoren voor boomkorschepen. In veel lidstaten, zo ook in Vlaanderen, worden de beschikbare Europese subsidies gebruikt om grootschalige, energie-intensieve en milieuvervuilende vissersvloten te steunen. Een conservatief-rechtse meerderheid van het Europees parlement stemde op 12 mei 2011 voor het verhogen van de brandstofsubsidies voor vissers, om hen zo te compenseren voor de gestegen brandstofkosten, tot verbijstering van de Groenen. Deze subsidies werken immers overbevissing in de hand. En dat is zorgelijk want bijna negentig procent van de visvoorraden in Europese wateren zijn al zwaar overbevist. Als we alle industrieën met subsidies overeind houden, dan zijn we miljarden kwijt. Het lijkt mij daarom zinvoller om af te kicken van onze olieverslaving. In plaats van het steunen van visserijvloten die veel energie gebruiken, kunnen we ze beter financieel helpen efficiënter en milieuvriendelijker te opereren. Ook ecologisch is de boomkor niet duurzaam. De boomkorvisserij in Vlaanderen zit op 80 % bijvangsten: op elke duizend kilo vis, wordt 800 kilo vis en zeedieren dood weer in zee gegooid (omdat ze te klein zijn of niet tot de soort behoort waarvoor de reder een quotum heeft). Dat cijfer moet volgens een besluit van de Europese Commissie omlaag naar 15 %. Tegen 2012. Met de voorstellen van de Vlaamse overheid zoals die er in 2009 lagen, haalden we hoogstens 50 % minder bijvangst. In het Nationaal Strategisch Plan voor de visserij van de Vlaamse overheid (overigens ruim een jaar te laat goedgekeurd) bezong de Vlaamse regering wel de duurzaamheid. Maar in praktijk kwam het neer op het voorzien van een groene schaamlap voor de boomkorvloot door wat technische aanpassingen te financieren en er het woord eco aan toe te voegen. Een vloot die nog steeds grotendeels uit ‘ecokorschepen’ bestaat heeft geen toekomst. De Vlaamse overheid en de Stichting voor Duurzame Visserijontwikkeling (SDVO), presenteren zich als vriend van de visserijsector. Het tegendeel is waar. De overheid moet reders helpen omschakelen, maar laat dat nog steeds na. De Vlaamse regering heeft hiervoor een gigantische pot subsidies voor handen: de middelen uit het Europees Visserij Fonds (EVF). Jammer genoeg wordt hierbij niet resoluut gekozen voor een afbouw van de boomkor en investeringen in duurzame, alternatieve visserij. Ik heb sindsdien enkele keren contact gehad met jonge Vlaamse vissers die graag duurzame vistechnieken wilden toepassen, maar geen of onvoldoende steun kregen. De Europese Commissie deed bovendien onderzoek naar de miljoenen subsidies die de SDVO de afgelopen jaren ontving en dat ziet er niet goed uit. Kris Peeters en de Vlaamse regering moet ook dringend openheid van zaken geven in de dubieuze rol van de SDVO. De Vlaamse visserij is ten dode opgeschreven als er niet dringend een doordacht reconversieplan komt voor de visserijsector. Het ontbreekt de Vlaamse overheid — en in het bijzonder minister-president Kris Peeters, bevoegd voor visserij — nog steeds volledig aan een lange termijn visie. Sterker nog Peeters stemde in de Europese visserijraad vaak mee met de zogenaamde "bad guys", enkele Europese visserijlanden die een echte verduurzaming van het Europees visserijbeleid tegenhielden. Zo ondertekende Peeters in 2011 nog een brandbrief over visserijsubsidies van de lidstaten die traditioneel het failliete Europese visserijbeleid bleven verdedigen. Zo keurde het Europees
Parlement op 6 mei 2013 een historisch voorstel (1) goed om overbevissing aan banden te leggen. De Europese Groene fractie heeft hard gevochten om naar een duurzamere Europese visvangst te komen met onder andere een verbod op het overboord gooien van onbedoelde bijvangst. Al zijn nu bijna 90% van de visbestanden overbevist: met dit beleid kunnen alle visbestanden tegen 2020 volledig herstellen. Vissers hebben dan voldoende werk en consumenten eten vis zonder schuldgevoel. Bijna een kwart van alle visvangst wordt half levend of dood wordt teruggegooid om zo onder de visquota te blijven of omdat het niet de gewenste vissen zijn. Daar komt met dit voorstel gelukkig een einde aan. Al is het wel van belang om effectieve controles op dit verbod te organiseren. Europa kent de grootste visconsumptie ter wereld. Mede dankzij drie decennia wanbeleid van Europese visserijministers is het Europese visserijbeleid failliet. Europa heeft een van de meest productieve visserijsectoren gehad, maar na 40 jaar overbevissing is daar niet veel meer van over. De Europese visserij is grotendeels afhankelijk van subsidies, terwijl ruim driekwart van de Europese visbestanden wordt overbevist en ecosystemen geruïneerd worden. Het EP zei in mei 2013 in ieder geval tegen de visserijministers: geen handjeklap meer, maar wetenschappelijk bewezen visquota. Als dit voorstel overeind blijft in de onderhandelingen met de Raad, kunnen we in de toekomst zeggen dat alle vissen die door Europese vloot gevangen zijn, duurzaam zijn. Dan moeten consumenten zich niet meer afvragen of ze nu wel of niet verantwoorde vis eten. De jaarlijkse onderhandelingen tussen ministers waarbij visquota veel te hoog worden vastgesteld, zal voortaan onmogelijk zijn, omdat de visvangst op wetenschappelijk advies gebaseerd moet zijn.
Uit wetenschappelijke onderzoek naar het vaststellen van visquota, bleek dat Europese Visserijministers in zo'n 70% van de besluiten tussen 1987 en 2011 die wetenschappelijke adviezen negeerden. Met de nefaste gevolgen van dien. Om visbestanden op een gezond niveau te herstellen en overbevissing te stoppen moeten tot 2015 vangstlimieten worden doorgevoerd. De destructievere vismethodes om de zee leeg te halen zullen hiermee ten einde worden gebracht. Het volgen van de wetenschap is ook niet meer dan logisch, omdat er anders simpelweg geen vis meer overblijft. Vreemd genoeg heeft het echter lang geduurd voordat men besefte dat je zonder vis niet meer kunt vissen. Te vrezen valt dat Europese visserijministers deze hervormingen willen verwateren tot na 2020, als het te laat is. Ik riep nadrukkelijk minister-president Kris Peeters - verantwoordelijk voor visserij - op om zich niet langer in het kamp van de 'bad guys' te scharen. Eerder schaarde Peeters zich namens ons land wel in het kamp van lidstaten als Spanje, Portugal, Ierland en Frankrijk die serieuze hervormingen van het Europese visserij beleid tegenhielden. Zo ondertekende Peeters in 2011 nog een brandbrief over visserijsubsidies van de lidstaten die traditioneel het failliete Europese visserijbeleid bleven verdedigen en stemde hij regelmatig met hen mee. Peeters propageert continu duurzame visserij, maar achter de schermen doet hij weinig om dat beleid concreet gestalte te geven. Zijn concrete plannen tegen overbevissing laten ook op zich wachten, en bestaan voorlopig uit niet veel meer dan wat mooie verklaringen en een glanzende brochure. - Zie ook: "Europese Visserijministers moeten boter bij de vis doen"
http://www.bartstaes.be/articles.php?id=3268 Mbt de Pulskor zegt CD&V: "Onze stelling is dat je een nieuwe maatregel (in dit geval vistechniek) pas introduceert wanneer er zekerheid is dat hij positief scoort op de 3 facetten van duurzaamheid (economie, ecologie en veiligheid) . Die zekerheid moet voortvloeien uit degelijk onderzoek, en is er op dit moment nog niet." Ten eerste is duidelijk dat dit nogal tegenstrijdig is. Als deze 3 criteria écht zo belangrijk zijn, waarom worden er dan nog subsidies aan de traditionele boomkor gegeven? Je kunt zeggen dat er enkele pluspunten aan de pulskor zijn tov. de gewone boomkor (minder energieverbruik, en dus minder emissies, en iets minder beschadiging van de bodem door ontbreken van de kettingen én er zou minder bijvangst zijn en het onethische teruggooien van die bijvangst). Maar de pulskor is géén goed idee en in tegenstelling tot wat CD&V beweert, dit degelijk onderzoek is er wél. Er zijn vele Europese wetenschappers en beleidsmakers die zich zeer serieuze vragen stellen mbt de pulskor. De Groenen hebben zich in de onderhandelingen met de lidstaten altijd verzet tegen de pulskor, toen bijvoorbeeld de Grieken het wilden toelaten in het kader van het European Maritime and Fisheries Fund (EMFF), hetgeen gelukkig niet is gelukt. Dit was in het Europees parlement het rapport Cadec (dat ging over de invulling van het EMFF), waarbij de Groenen tegen waren omdat we in de eerste plaats vonden dat het EMFF niet het juiste type wetgeving is om te bepalen welk vistechniek wel en niet wordt toegestaan. (De Groenen hebben zelf een voorstel gedaan over welke sociale én ecologische criteria zouden moeten gelden om te bepalen wie met welk visgerief mag vissen. De tekst kreeg als titel "Who should have the right to fish?" en u vindt die als attachment bij deze email. Er is dus volgens de EU een derogatie toegestaan voor de pulskor (in het Europees parlement was dat de stemming over het rapport Gallagher, Reg. 850/98). Het zijn vooral de Nederlanders die de techniek op Europees niveau pushen. Daar heeft men 5% vd vloot toegestaan om met de pulskor te vissen bij wijze van experiment en het is dan wat vreemd dat die ingezet zou worden voor de Belgische kust. Dus in principe, als de Belgische overheid dit al toestaat, zou het volgens ons niet meer dan 5% van de visserij mogen zijn. Er zijn volgens onderzoeken van ICES (International Council for the Exploration of the Sea) schadelijke effecten voor bijvoorbeeld haaien en roggen omdat die gevoelig zijn voor elektrische pulsen. Ook zijn er rapporten over de schadelijke gevolgen voor kabeljauw. ICES onderzocht de pulskor twee keer ((2006 en 2009). Ook waren er zorgen over de controle en technische specificaties. Zo wees men uit dat de "geruststellende experimenten " van de Nederlanders vooral laboratorium testen waren. Citaat: "While the results of laboratory experiments are informative, many factors could result in different effects during actual fishing operations. In particular, specifications contained in the derogation for the pulse trawl allow a wider range of electric pulse characteristics than were tested in the experiments. Therefore, pulse trawls permitted under the EC derogation may generate substantially different effects than those observed in the experiments." In 2012, heeft de STECF (het adviesorgaan van de Europese Commissie betreffende visserij) de zorgen van ICES herhaald. Conclusie: "STECF concludes that the critical barrier for lifting the derogation is control and enforcement and that the current provisions on the characteristics of the pulse trawl are not sufficient and not appropriate to prevent unregulated and harmful pulse trawl practices / technologies to be used." Dit orgaan adviseerde dat de controle en uitvoeringskwesties eerst goed geregeld moeten worden vooraleer er sprake kan zijn van een uitbreiding van de pulskor vloot. Tot slot, er is dan wel een soort van Europese toestemming/dreogatie, maar er zijn wél technische en andere voorwaarden. De huidige Europese regelgeving zegt daar het volgende over op technisch vlak: Article 31a Electric fishing in ICES divisions IVc and IVb 1. By way of derogation from Article 31, fishing with beam trawl using electrical pulse current shall be allowed in ICES divisions IVc and IVb south of a rhumb line joined by the following points, which shall be measured according to the WGS84 coordinate system: — a point on the east coast of the United Kingdom at latitude 55° N, — then east to latitude 55° N, longitude 5° E, — then north to latitude 56° N, — and finally east to a point on the west coast of Denmark at latitude 56° N. 2. Electrical pulse fishing shall be allowed only when: (a) no more than 5 % of the beam trawler fleet per Member State use the electric pulse trawl; (b) the maximum electrical power in kW for each beam trawl is no more than the length in metres of the beam multiplied by 1,25; (c) the effective voltage between the electrodes is no more than 15 V; (d) the vessel is equipped with an automatic computer management system which records the maximum power used per beam and the effective voltage between electrodes for at least the last 100 tows. It is not possible for non-authorised personnel to modify this automatic computer management system; (e) it is prohibited to use one or more tickler chains in front of the foot rope. Groen! ondersteunt dan ook de eis tot moratorium op de pulskor binnen de 12 mijlszone...