Belgische garnaal sterft uit.
Met de grijze garnaal gaat het goed. Maar met de visserij- en verwerkingssector ervan in België niet. De Belgen werken 54 % van de wereldproductie van grijze garnaal naar binnen. Ze vissen daar zelf nauwelijks 1 % van op, laten zich door de Nederlanders onder de voet lopen en slagen er niet in de productie zelf in handen te krijgen. Gevolg: onze markt wordt overspoeld door in Marokko gepelde garnalen, die flink bepoederd met bewaarmiddelen terug keren om hier een plekje te zoeken in een kroket of tomaat-garnaal.
Tot die vaststelling komt de provincie West-Vlaanderen in een degelijke studie van Jan-Bart Van In, hoofdredacteur van “West-Vlaanderen werkt”. Van In en zijn ploeg analyseerden de ganse garnalensector.
Eerste probleem is de krimp van de visserijsector: “Het aandeel van de Belgische vissers in de Europese garnalenvangst is gedaald van 1500 ton garnalen in 1955 naar 500 ton in 2014. Dit komt neer op 1 % van het totale volume. De Nederlandse vissers zorgen voor 45 %, Duitsland voor 37 % en Denemarken voor 10 %.”
De ganse visserijsector kampt de laatste jaren met problemen: er dient flink geïnvesteerd in ecologisch vriendelijker technieken en de prijzen zijn kwetsbaar door de druk van de retailsector. Romeo Rau (vishandelaar): “Men schiet zich soms in de voet door ondoordachte contracten af te sluiten met de grootwarenhuizen. De primaire sector (garnalenvissers) komen zo onder druk te staan en de andere handelaars krijgen een aankoopprijs voor geschoteld die soms exorbitant is.”
Er is een verbod op nieuwe schepen en er zijn niet zo heel veel mensen die de stap naar de visserij zetten. Als ze die dan zetten komen ze dikwijls terecht op grote boten die een week van huis gaan. Garnalenvisserij is een typische kustvisserij met kleinere schepen en die zijn er in België nog nauwelijks. Andere vissers beschouwen het als een bijjob en vangen enkel garnalen als de andere visquota op zijn of tijdens het seizoen, in de zomer en herfst wanneer de vangst een mooie oogst oplevert. Op garnalen staat trouwens geen Europees quotum: we hebben er genoeg. Ruim de helft wordt niet bevist.
Zeebrugse garnaal.
Een pittige story kwam aan het licht rond de Zeebrugse garnaal. In restaurants en sommige viswinkels wordt die volop aangeprezen als ‘de lekkerste’. Welnu, in Zeebrugge wordt niet één garnaal aan land gebracht. Er staat geen installatie in de vismijn aldaar om te sorteren. Die werd overgebracht naar Oostende, waar 80 % van het Belgisch deel aangevoerd wordt. Nieuwpoort is goed voor de andere 20 %. Al weten we natuurlijk niet hoeveel er in de zwarthandel en de sportvisserij belandt.
1/2
Verwerking.
De handel of verwerking is wereldwijd ook al voor 75 % in handen van twee Nederlandse mastodonten:
Heiploeg en Klaas Puul. Samen met Kok Seafood en Stührk. Ze kregen een boete van 28,7 miljoen €.
Heiploeg ging er door overkop en werd overgenomen. Ongeveer alle groten laten hun garnalen pellen in
Marokko, in de vallei van Tanger. Uiteraard hebben we niets tegen werk voor de vierduizend pelsters daar, maar ecologisch lopen de (transport) kosten torenhoog op en dient er te worden gewerkt met bewaarmiddelen die de beestjes tot 11 dagen in de running houden. Deze werkwijze is in tegenstrijd met ons hart voor lokale voeding uit de korte keten. Het resultaat is het typische supermarktpakje met een soort van naar karton smakend en uit mekaar vallend wezen erin, dat een garnaal moet voorstellen.
Echte oplossingen zijn er nog niet. Volgens provinciaal gedeputeerde Bart Naeyaert doet de overheid zijn best om de sector te steunen: “De diverse Belgische overheden steunen experimenten om vb. garnalen vers aan boord te bewaren en ze pas te koken aan wal. Zo zouden we ze langer vers kunnen houden en spelen we in op een nieuwe trend. We deden deze studie en zijn op verschillende vlakken actief in de sector. We doen mee met onderzoek naar pelmachines en zo…maar we kunnen helaas niet alles.”
In de sector lopen ook wel wat weerstanders rond: een aantal reders lanceerden het eigen merk Purus, dat momenteel zieltogend afwacht na gedumpt te zijn door Carrefour. Er is een maatwerkbedrijf Arcotec (Footstep) dat zelf Nederlandse garnalen pelt in Brugge. Ook de handelaars Vanbiesen&Piets en Premium Seefood pellen zelf.
Voor de Belgische consument is er voorlopig maar één degelijke oplossing: let goed op deze merken of koop ongepelde garnalen aan de vistrap te Oostende, bij een vishandelaar of marktkramer en pel ze zelf! Vergeet niet te vragen of ze onbehandeld tot daar geraakt zijn.
De overheid zet inderdaad wel in op de sector maar zou beter beginnen aan de basis van het probleem door de kleine kustvisserij te gaan ondersteunen. Dat kan door de voor hen gereserveerde visgronden voor de kust te vergroten, specifieke begeleiding aan te bieden en de subsidies te heroriënteren. Structurele ingrepen, die meer impact kunnen hebben dan wetenschappelijke onderzoeken waarbij men in het ILVO (Instituut voor Landbouw en Visserij Onderzoek) via aquacultuur probeert om een garnaal van 7 centimeter groot te kweken. Vraag is waar de authenticiteit van voedsel blijft op dat moment. Praktisch doen zo een dingen wat denken aan de superkoe waarmee Fidel Castro de Cubaanse landbouwcrisis ging oplossen.
Filip De Bodt