PFOS en PFAS wereldwijd verspreid

Uit monitorgegevens van het Europese Milieuagentschap (EEA) blijkt dat PFAS-vervuiling (waaronder PFOS) wijdverspreid is in Europese wateren en vaak de wettelijke drempelwaarden overschrijdt. Dit vormt een risico voor de volksgezondheid en het milieu en is een uitdaging voor de EU-doelstellingen om tegen 2027 een goede chemische status van waterlichamen te bereiken en een gifvrije omgeving te creëren.

PFAS (per- en polyfluoralkylstoffen) vormen een grote groep chemicaliën die bestaat uit ongeveer 10.000 verschillende verbindingen. Ze worden ook wel 'forever chemicals' genoemd vanwege hun extreme persistentie in het milieu, een eigenschap die al lange tijd bekend is. In de afgelopen twee decennia heeft men meer inzicht verkregen in andere zorgwekkende eigenschappen van deze verbindingen. Deze eigenschappen, die door bepaalde subgroepen van PFAS worden vertoond, zijn: opstapeling in levende organismen; hoge mobiliteit in water, bodem en lucht; verspreiding over lange afstanden en (eco)toxicologische effecten die mensen en het milieu beïnvloeden (BAuA et al., 2023).

Aanvankelijk waren slechts bepaalde verbindingen binnen de groep de belangrijkste zorg voor regelgevende autoriteiten, met name PFOS en perfluoroctaanzuur (PFOA). Als gevolg hiervan is er veel meer bekend over de effecten van deze verbindingen, die nu wereldwijd worden gereguleerd, dan over andere leden van de PFAS-familie.

Andere verbindingen

Er is echter toenemende bezorgdheid over de schadelijke effecten van alle verbindingen in de PFAS-groep, met groeiend bewijs dat de minder bestudeerde verbindingen vergelijkbare negatieve effecten kunnen hebben. Bovendien kunnen sommige PFAS afbreken tot zogenaamde ‘pijlpuntstoffen’. Dit zijn kortere PFAS-ketens die vaak problematischer zijn dan de oorspronkelijke verbinding.

PFAS-verontreiniging in water kan zowel de menselijke gezondheid als het milieu schaden. Het EU-biomonitoringsproject HBM4EU heeft een beoordeling van PFAS uitgevoerd en vastgesteld dat deze stoffen de veilige richtwaarden overschrijden bij Europese tieners. Terwijl de ophoping in mensen, dieren, sediment of bodem voornamelijk te wijten is aan PFAS met lange ketens, worden PFAS met korte ketens vaak aangetroffen in water en planten vanwege hun persistentie en hoge mobiliteit. Vooral trifluorazijnzuur (TFA), een zeer persistent afbraakproduct (ontstaan door de afbraak van andere PFAS, waaronder bepaalde pesticiden), neemt toe in het Europese grondwater. Dit vormt een bedreiging voor drinkwater omdat TFA-verontreiniging moeilijk te verwijderen is.

Zeestromingen en zee-aerosolen zijn belangrijke routes voor de verspreiding van PFAS en dragen bij aan hun wereldwijde aanwezigheid. PFAS zijn aangetroffen ver van hun mogelijke bronnen en op alle continenten, ongeacht de mate van industrialisatie. Dit suggereert dat transport over lange afstanden via de atmosfeer een andere belangrijke route is voor hun verspreiding. Ze hebben zich zelfs opgehoopt in afgelegen gebieden zoals het Noordpoolgebied.

Het Forever Pollution-project schat dat er in Europa ongeveer 23.000 PFAS-verontreinigde locaties zijn. Daarvan zijn er ongeveer 2.300 ‘hotspots’ met hoge vervuilingsniveaus die een bedreiging kunnen vormen voor de menselijke gezondheid. Een andere recente studie wijst in dezelfde richting, maar erkent ook dat er nog veel onbekend is over de werkelijke omvang en mogelijke impact van PFAS-verontreiniging in oppervlakte- en grondwater. Dit probleem wordt ook benadrukt in een recent rapport van het Joint Research Centre van de Europese Commissie, waarin verschillende kennishiaten over PFAS in het aquatische milieu worden geïdentificeerd. Het rapport wijst op de noodzaak van meer monitoringgegevens voor een effectieve beoordeling.

Tussen 2018 en 2022 overschreed 51-60% van de rivieren, 11-35% van de meren en 47-100% van de kust- en overgangswatersystemen de milieukwaliteitsnormen (EQS) voor PFOS. Daarnaast worden andere PFAS steeds meer als bedreigend beschouwd vanwege hun persistente en schadelijke eigenschappen, zoals bioaccumulatie, mobiliteit en giftige effecten.

Volgens de Kaderrichtlijn Water (KRW) zijn EU-lidstaten verplicht een aantal prioritaire stoffen in oppervlaktewater te monitoren. Voor deze stoffen worden milieukwaliteitsnormen (EQS) vastgesteld, die vervolgens worden gebruikt om de chemische toestand van elk waterlichaam te beoordelen. Als de gemiddelde jaar concentraties van alle verontreinigende stoffen onder de jaarlijkse gemiddelde EQS blijven, wordt het betreffende waterlichaam geacht een ‘goede’ chemische toestand te hebben. Volgens de KRW moeten alle waterlichamen in Europa uiterlijk in 2027 een goede toestand bereiken. Lidstaten kunnen echter een vrijstelling aanvragen om de deadline te verlengen voor PFOS en andere stoffen die in 2013 aan de lijst zijn toegevoegd.

PFOS is aangemerkt als een prioritaire stof onder de KRW, en lidstaten zijn sinds 2021 verplicht om verslag uit te brengen over de naleving van de EQS. Momenteel is er geen vergelijkbare EU-brede kwaliteitsnorm voor PFOS in grondwater. Evenmin zijn er nog normen vastgesteld voor andere PFAS in oppervlakte- of grondwater. Wel worden er momenteel EQS voor een groep PFAS ontwikkeld.

In totaal hebben 27 Europese landen monitorgegevens ingediend bij het EEA via het WISE-systeem voor de periode 2010-2022. Deze gegevens zijn verwerkt voor het rapport om een algemeen beeld te schetsen van PFAS-verontreiniging in Europese wateren en het inzicht te vergroten in de mate waarin de wettelijke grenswaarden momenteel worden overschreden. Op EU-niveau overschrijden kustwateren proportioneel vaker de milieukwaliteitsnormen (EQS) voor de jaarlijkse gemiddelde concentraties van PFOS dan andere waterlichamen: 100% overschrijdingen in 2018 (van zes locaties), 68% in 2019 (van 28 locaties), 47% in 2020 (van 75 locaties), 86% in 2021 (van 49 locaties) en 73% in 2022 (van 80 locaties). Voor rivieren zijn de waarden stabiel met ongeveer 50-60% van de locaties (van een totaal tussen 386 en 1.097) die jaarlijks de EQS overschrijden over een periode van vijf jaar. Voor meren nemen de overschrijdingen in het algemeen toe, van 11% in 2018 (van 28 locaties) tot 35% in 2022 (van 150 locaties).

Op landelijk niveau laten de beschikbare gegevens enige variatie zien in Europa. In 2022 rapporteerden 14 landen monitoringgegevens voor PFOS in oppervlaktewater. In België, Frankrijk en IJsland overschreed 100% van de gerapporteerde waterlichamen de EQS. In Nederland was dit 96% en in Duitsland 83%. In Italië overschreed 54% van de locaties de EQS. Vijf landen rapporteerden dat minder dan 20% van de locaties de EQS overschreed: Spanje (18%), Ierland (6%), Polen (5%), Kroatië (5%) en Estland (2%). In Bulgarije, Letland en Montenegro waren er geen locaties die de PFOS-EQS overschreden.

Het is momenteel niet mogelijk om een duidelijke trend te identificeren, aangezien de gegevens onderhevig zijn aan schommelingen (gerelateerd aan factoren zoals de toegenomen hoeveelheid en kwaliteit van monitoring in de loop der tijd en de relatief korte periode die geëvalueerd wordt).

Dit nieuwe bewijs biedt een overzicht van PFAS-vervuiling in het milieu (met specifieke aandacht voor de meest gemonitorde stof, PFOS) en benadrukt de uitdagingen om de doelstellingen van de nul-vervuilingsambitie voor een toxisch-vrije omgeving te realiseren. Er kan met zekerheid worden geconcludeerd dat een aanzienlijk aantal EU-monitoringlocaties onder druk staat door PFOS-vervuiling.

Meer monitoring

De resultaten in deze briefing wijzen op de noodzaak van meer monitoringactiviteiten, waarbij gebruik wordt gemaakt van voldoende gevoelige analysemethoden in gebieden met een slechte dekking.

PFOS werd voor het eerst gereguleerd rond 2010. Desondanks is de stof nog steeds alomtegenwoordig in het milieu. Bovendien onderstreept het groeiende inzicht in de milieueffecten en gezondheidsrisico’s van andere PFAS, naast PFOS en PFOA, het belang van het opnemen van meer PFAS in monitoringsprogramma's. In dit verband lijken zorgen over het potentiële risico van andere, minder goed bestudeerde PFAS die nog steeds in het milieu worden uitgestoten, goed gefundeerd.

Dit bewijs ondersteunt het huidige voorstel onder de Kaderrichtlijn Water (WFD) om de lijst van prioritaire stoffen uit te breiden met 24 specifieke PFAS en de noodzaak om de PFAS-grenswaarden in de Drinkwaterrichtlijn (DWD) te herzien. Ook de beslissing van de Commissie om de goedkeuring van sommige pesticiden niet te verlengen, valt binnen deze context.

Het doel van de waterrichtlijn is dat alle EU-waterlichamen uiterlijk in 2027 een ‘goede status’ bereiken, maar dit doel is momenteel nog ver weg, voornamelijk vanwege enkele prioritaire stoffen zoals kwik en gebromeerde vlamvertragers. Het opnemen van recente gegevens over PFAS zal het waarschijnlijk nog moeilijker maken om het beleidsdoel te bereiken, aangezien nieuw bewijs over de hoge mate van overschrijdingen voor PFOS nu in overweging moet worden genomen.

De conclusie is volgens uw nederige Climaxi dienaar in dit hele pfas-verhaal toch ook dat we als samenleving veel meer het voorzorgsprincipe zouden moeten hanteren: geen stoffen introduceren in het milieu als niet 100 % vaststaat dat ze niet schadelijk zijn. Nu is pfas het zoveelste verhaal van moeizame wetenschappelijke analyse, monitoring en politieke onwil. Zolang we de bewijslast niet omkeren, zeker voor forever chemicals, zullen er nieuwe versies van dit verhaal opduiken.

Sammy Roelant

PFAS gaat nooit weg