Boerenprotest: landbouw versus klimaat

Landbouwers over heel Europa maken zich op om hun stem te laten horen op 13 en 14 december. De Boerenbond kwam op 1 december op straat. Van waar komt het ongenoegen van onze boeren? Wat zijn de Europese klimaatplannen en wat is er loos aan het GLB (Gemeenschappelijk Landbouw Beleid)

Op Europees niveau werd al sinds 2018 onderhandeld over een nieuw landbouwbeleid (GLB). Op 13 en 14 december komen de ministers van Landbouw samen om de laatste knopen door te hakken en de stand van zaken van de nationale plannen te bekijken. 

 

Europees beleid

Het Europees landbouwbeleid is sinds de tweede wereldoorlog gestoeld op het basisprincipe van de Nederlander Sicco Manshold, de man die in de jaren zeventig grote en forse boerenbetogingen (o.m. te Brussel op 23 maart 1971) uitlokte met zijn plan om de landbouw te hervormen. Voedsel moest goedkoop zijn en dat dacht men alleen te kunnen bereiken door grootschalige productie. 

 

Dat klassiek economisch beleid (gericht op productieverhoging, grootschaligheid en export) is gebaseerd op subsidies: “ Gemiddeld levert het GLB 37 procent van het landbouwinkomen in Vlaanderen. Voor varkensboeren en siertelers is er geen steun, voor akkerbouwers en rundveehouders is het veel meer dan 37 procent. De directe steun komt neer op 278 euro per hectare voor akkerbouwers en melkveehouders. De rundveehouders ontvangen 280 euro per rund.” stelde François Huyghe in Mo-Magazine in maart 2018. In 2018 telde Vlaanderen nog 24.000 boeren. Elk jaar verdwijnt er 2%.

 

Schaalvergroting

Het gevolg van die schaalvergroting is dat de boer een flinterdunne winstmarge krijgt die hem dan nog eens stimuleert om zich in de schulden te werken door voortdurend groter te worden. Deze manier van produceren zorgt voor problemen op vlak van milieu, klimaat en sociale rechtvaardigheid: megastallen, boeren in schulden, stikstofproblemen, vervuiling, lage vergoedingen en prijzen… Andere neveneffecten zijn de verdunning of verromelling van voedsel waarbij lokale kwaliteitsproducten het moeten afleggen tegen supermarktproducten die aangelengd worden met vetten, water of andere goedkope volume-makers. 

 

Aanpakken en wegwezen

Deze problemen wou de Europese Unie aanpakken. Om het gans klimaatprobleem aan te pakken lanceerde ze een Green Deal. Hiermee wil ze de netto-uitstoot van broeikasgassen naar nul krijgen tegen 2050 en 55% vermindering halen tegen 2030. Ze maakt daarvoor 600 miljard euro vrij. 

 

Die werd aangevuld met een Farm to Fork strategie waarin de EU stelt dat de mestproductie met 20 % moet naar beneden gaan en het gebruik van chemicaliën met 50 %. Het areaal aan biolandbouw moet opgetrokken worden tot 25 %. Nobele doelstellingen allemaal…maar die niet vanzelf gerealiseerd worden. 

 

Dus, zegt de logica zelf, moeten ook Europees Parlement en landbouwministers op ongeveer dezelfde lijn gaan zitten. Deze laatste kiezen dus niet voor verandering of verduidelijken wat men met heel wat Europese doelstellingen in de agenda schuift: een ommekeer in het beleid qua cijfers en milieuzorg. Die ommekeer kwam er niet. De landbouwministers spraken wel af de basissubsidie te verlagen met ongeveer 30 %, maar die te vervolledigen met subsidies voor ecomaatregelen zoals behoud van grasland en andere natuurelementen, biolandbouw etc… Probleem is dat die basissubsidie waarvan sprake gebaseerd blijft op het aantal hectare en het aantal dieren. Er is 387 miljard voorzien om deze verandering te begeleiden en van die som moet 10 % naar kleine familiale bedrijven gaan. De grote industriële bedrijven die kunnen investeren in technologische vernieuwingen komen hier dus allicht goed uit. Kleine bedrijven krijgen meer en meer moeilijkheden en papier naar het hoofd geslingerd. 

 

Die plannen moeten nu grotendeels in nationale plannen gegoten worden die lidstaten bij Europa indienen. In Frankrijk en Nederland zijn er al voorstellen en discussies. In Vlaanderen is er niets. Daarom eisen boeren een duidelijk wetgevend kader voor de stikstofproblematiek. In februari van dit jaar sprak een rechter in Limburg zich uit tegen een vergunning voor een nieuwe veestal. Sindsdien is er geen duidelijk kader waarin bedrijven kunnen opereren. De boer weet niet of hij zijn stal zal kunnen bouwen of niet en aan welke voorwaarden die moet voldoen. 

 

Acties

Het is frappant dat Boerenbond hier zo sterk mee uitpakt. Als sterke integrator met economische belangen in de veevoederindustrie, de KBC en heel wat anderen draagt de organisatie tot vandaag bij aan de grootschaligheid die kleine boeren tot de wanhoop drijft. Op 13 en 14 december zijn er internationale boeren betogingen in Brussel georganiseerd door de Nederlands Farmers Defence Force, die de voorbije twee jaar protestacties in Nederland organiseerde, en de European Milkboard: “Zonder een goede omkadering komt er geen eerlijk landbouwsysteem dat de productiekosten dekt. Bovendien worden wij als boeren totaal niet betrokken bij de discussies rond de komende klimaatmaatregelen.” De Boerenbond zal er dit keer niet zijn, het Algemeen Boeren Syndicaat ABS wel: “Dit landbouwbeleid zal goed zijn voor enkele grote spelers, maar niet voor de doorsnee boer. Dat is onze huidige conclusie. Daartegen protesteren we en komen we op straat.”

 

Klimaatplannen zonder steun zijn asociaal

Climaxi vindt dat de vermindering van CO2, chemicaliën, vetten en co uit de Europese plannen moet behouden blijven, maar beseft ook dat deze plannen zonder steun onbetaalbaar zijn voor kleine boeren. Dat is hoofdzakelijk te wijten aan de grootschaligheid waarin Europa en zijn lidstaten de boeren gedreven hebben, met als gevolg een schuldenmolensteen rond de nek. De basissteun en ecologische steun die Europa aan boeren verleent mag niet gebonden zijn aan het aantal hectares of dieren, maar aan het aantal mensen die er werken. Net zoals in andere sectoren vindt Climaxi dat er ook in de landbouw een herverdeling moet komen ten voordele van kleinere bedrijven en werkende mensen. Grond moet toegankelijk worden en dient uit handen gehaald van speculanten. Het landbouwbeleid moet meer oog hebben voor voedselveiligheid en binnenlandse productie dan voor export. Tenslotte moet er een beleid komen tegenover de retailsector: die laten de prijzen sinds twee jaar stijgen, terwijl de boer er minder aan overhoudt dan voorheen. Climaxi steunt ook een aantal voorstellen van de Franse boerenvakbond Conféderation Paysanne: strengere controle op verkoop met verlies, een minimumloon voor de boeren, vastleggen van bodemprijzen bij de onderhandelingen met de retail, beleidsinstrumenten om de prijzen te stabiliseren en op die manier de productiehoeveelheid vast te leggen. 

 

Filip De Bodt