Griekenland: Climaxi-partner Modousa
Lesbos - in een cluster van vijf dorpjes aan de baai van Yera (Lesbos) is de sociale producentencoöperatie Modousa gevestigd. De hoofdactiviteit van dit samenwerkingsverband is de productie van olijfolie. Zij zijn partner bij de Griekse importacties van Climaxi. Een omvangrijk deel van het werkingsproces - van teelt tot verkoop - gebeurt in eigen beheer én in de zeer nabije omgeving. Voor andere stappen - bijvoorbeeld het persen van de olijven - wordt samengewerkt met andere coöperatieven. Modousa getuigt van een diep respectvol en duurzaam karakter, en dit in alle aspecten van haar werking. De Griekenlandreizigers van Climaxigingen er op bezoek.
De coöperatieve werd opgericht in 2013 door negen olijfkwekers. Hun intenties hierbij waren - en zijn nog steeds – duurzame economische groei voor de boeren en verbetering van de levensomstandigheden voor de lokale gemeenschap, ondermeer via verhoogde tewerkstelling. Waar er in 2015 nog een zevenentwintigtal kwekers aangesloten waren, zijn er dat in 2016 vierenzestig geworden. Deze opmerkelijke groei bewijst hun sterke interesse en hun geloof in de voordelen van het model, maar brengt ook met zich mee dat overleggen uitdagender wordt. Het samenwerkingsproces vraagt een regelmatig bijschaven. Men slaagt er in om nu reeds een interessante en vrije collectieve dialoog te hebben. Een delegatie van Climaxi woonde de jaarlijkse Algemene Vergadering bij en was getuige van een open discussie waarin de problemen niet uit de weg gegaan worden. Deelnemers stelden vragen over de financiële en technische aspecten. De coöperatieve onderkent het probleem van betrokkenheid van zijn leden. Méér dan de helft ervan komt opdagen op de vergadering (wat ons van onze stoel deed vallen) maar niet iedereen levert zijn olijfolie exclusief aan de coöperatieve. Dit lost men niet op met de klassieke ‘visie en missie’ van een organisatie maar met het creëren van echte betrokkenheid en het dagelijks aanpassen van de praktijk: “ We zetten veel zaken op, maar moeten vooral investeren in onze eigen dagdagelijkse band met onze boeren" zegt Paniotis. Veel boeren kennen mekaar al jarenlang en hebben geregeld contact buiten de landbouwactiviteiten. De solide en belangrijke band binnen de lokale gemeenschap die men vaak merkt in zuiderse rurale gebieden, is ook op Lesbos sterk ingeworteld.
Het bestuur van Modousa bestaat uit een voorzitter, ondervoorzitter, penningmeester en secretaris. Alle leden die minstens één jaar aangesloten zijn, kunnen zich kandidaat stellen. Het is diezelfde groep die hen - met één stem per lid - verkiest. Om bij veranderingen van het bestuur minder continuïteit te verliezen en ervaring te kunnen doorgeven, blijft een vorige verkozene nog een jaar in dienst als ‘buddy’ van een nieuw bestuurslid. Op dit moment heeft de coöperatieve één persoon in loondienst.
Modousa produceert zowel biologische als niet-biologische olie. Het belang van bio neemt toe, o.a. door de hoge vraag ervoor in het buitenland. De omzet van Modousa is onvoldoende om alle producenten een eerlijk voltijds loon te geven. Dat komt zo over omdat de leden zelf ook nog aan andere klanten kunnen leveren én omdat olie slechts voor ongeveer veertig % van de leden één van hun inkomstenbronnen is. In Lesbos heeft quasi iedereen een olijfgaard. Sommigen onder hen combineren dit met het uitbaten van een horecazaak of een andere job. Bovendien ligt het gemiddelde loon ongeveer de helft tot twee derden lager en is het consumptiepatroon minder bepalend voor de levenskwaliteit, vergeleken met West-Europa. Minder goederen en méér vrije tijd met sociaal contact blijken eveneens een Mediterraanse traditie.
Een discussie die momenteel binnen Modousa leeft, is of men als aangesloten boer verplicht de volledige productie via de coöperatieve dient te verhandelen. Mocht dit het geval zijn, zou dit voor haar ontwikkeling en impact een aanzienlijk verschil maken.
Het zelf organiseren van de verdere schakels in het handelsproces - dus naast kweek en persing van de olijven ook botteling en verkoop van de olie - is lonend voor de boeren. Op financieel gebied kan binnen de coop een correcte prijs bepaald worden, los van de invloed van grootschalige opkopers. Maar er speelt ook op emotioneel vlak iets mee. Het blijkt een common practice om Griekse olie in bulk naar Italië te exporteren, om die daar dan te bottelen en als Italiaans product te verkopen. Een ranzig misprijzen van zowel producent als consument. Door hun product een eigen identiteit mee te geven, vergroten de boeren het gevoel van collectieve eigenwaarde van de streek, van het eiland.
De medewerker die Modousa sinds kort in loondienst heeft, is onder meer aan de slag rond het ontwikkelen van de afzet. Men streeft vooral naar directe handel op de lokale markt en met - al dan niet buitenlandse - solidariteitsgroepen.
De coöperatieve is meer dan een orgaan om te produceren, verwerken en verkopen. Ze stelt ook belang in het onderhouden en ontwikkelen van de gemeenschap en omgeving. Dat bewijst ze met twee projecten waarvan de uitwerking reeds in gang gezet is: een wekelijkse boerenmarkt en de ingebruikname van een verlaten olijfgaard. De boerenmarkt wil men laten plaatsvinden op de site waar ook de winkel en enkele polyvalente ruimtes gevestigd zijn. Het aanbod van Modousa zelf kan dan aangevuld worden met groenten en fruit, kaas, peulvruchten, etc van andere lokale boeren.
Het verhaal van de verlaten olijfgaard is opmerkelijk. Het gaat om een gebied van het Griekse Ministerie van Landbouw. De percelen herbergen een scala aan variëteiten, in tegenstelling tot traditionele gaarden, aangelegd in rasterpatroon. Een zevental jaar terug werd de site om financiële redenen buiten gebruik gesteld. Modousa heeft de Griekse overheid gevraagd het waardevolle gebied aan haar over te dragen. Vorig jaar had men reeds de toestemming om enkele percelen op te ruimen en de oogst ervan mee te nemen. Een eventuele volledige overdracht laat lang op zich wachten. De opeenvolgende Griekse regeringen hebben de gewoonte om beslissingen steeds opnieuw voor zich uit te schuiven. Mocht de eigendomswissel doorgaan, zou dit voor de coop en de gemeenschap een grote capaciteitstoename, plaats voor 2 voltijdse medewerkers en een onderzoekscentrum voor lokale variëteiten betekenen.
Koen Massé-Filip De Bodt
Tijdens de 2 solidariteitsacties met Griekse producten die Climaxi organiseerde, werden olie en olijven van Modousa verkocht. Ook bij de komende actie zal dit het geval zijn. Meer info: filip(at)climaxi(punt)be
---------------------------------------
‘Ons bezoek aan Lesbos en Modousa heeft me geraakt door de gastvrijheid, het optimisme en de samenhorigheid. Een eiland dat zo sterk uitgedaagd wordt, zowel op economisch als op humaan vlak, ontwikkelde een sterke veerkracht. De sfeer die onze gastheren en -vrouwen uitdragen inspireert en geeft energie. Achter deze warme en open sfeer gaat er ook een verhaal van knokken en doorzetten schuil. Tijdens het liften en de babbels met andere inwoners besefte ik dat we in een kring van optimistische en ondernemende mensen zijn terecht gekomen. Lang niet iedereen recht zijn rug tijdens deze moeilijke tijden. Modousa is klein maar verandert veel voor zij die betrokken zijn bij het verhaal. Het was een mooie opportuniteit om even deel uit te mogen maken van dit verhaal. Tijd om dit mee naar België te nemen. Katrin Van den Troost, Antwerpen’
---------------------------------------
‘Onze dagen werden ingevuld met bezoeken van hun olijfgaarden en de kleine, zelfstandige fabrieken waar ze hun oogst verwerken. Hun connecties met lokale vissers en schapenherders, gaven ons de kans om ook in hun verhaal mee te stappen. De solidariteit op dit eiland is groot, zo is de solidaire economie aan een opmars bezig. Binnen de coöperatieve stijgt het aantal betrokkenen elk jaar, en de participatie is groot. Pia Santens, Zwalm’
---------------------------------------
Is er meer
Dan de status-quo
Van het ons-kent-ons
Als een driekoppige ezel
Een gemeenschap bespringt
Verbrijzelt?
Als jongeren weg willen?
als de oorlog aanspoelt?
Een warme glimlach verschijnt
tussen de bloemen van de olijfgaard
wat kan een ezel ons schelen?
We doen ons ding
We vechten
We zijn niet de klos
Wij ontvangen gasten
met liefde
Wij zijn niet de klos
Dit is de les uit het bos
Wij weigeren
Wij hopen en strijden
Ons-kent-ons
Is de trampoline
Voor de toekomst
Zo zijn wij niet achtergelaten.
Arthur Follebout, Antwerpen