Crisis op vlak van gezondheid, socio-ecologie en klimaat: een keerpunt?

Terwijl het optreden van de autoriteiten voor het beheer van de noodsituatie op vlak van de volksgezondheid week na week sterker wordt, stellen steeds meer actoren zich vragen bij de gevolgen van deze crisis op sociaal-economisch vlak en op het gebied van klimaat, op langere termijn. Hoe kan op duurzame wijze in de behoeften van de gehele bevolking worden voorzien, hoe kunnen we de economische activiteit weer op gang brengen en tegelijkertijd reageren op een klimatologische en ecologische noodsituatie die nog lang niet is verdwenen?

Het zal tijd kosten om de vele gevolgen van de ernstige crisis die we doormaken te verwerken en te analyseren. De gevolgen voor de gezondheid en de sociale en economische gevolgen zijn al aanzienlijk en zichtbaar. Wij stellen hierbij twee vragen voorop als voorlopige analyse-elementen op het gebied van het milieu.
Wat leert de coronacrisis ons over het vermogen van onze samenleving om met externe beperkingen om te gaan? Zijn er overeenkomsten (of verschillen) met de reactie op de klimaatverandering?

Deze crisis illustreert de noodzaak voor onze leiders om beter te anticiperen, om in actie te komen ruim voordat we middenin de storm zitten - en dat geldt nog meer voor verschijnselen die zich erg traag manifesteren zoals de opwarming van de aarde - en om te vertrouwen op wetenschappelijke informatie om coherent op te treden.

We zien dat het mogelijk is om een sterke politieke en maatschappelijke reactie te ontwikkelen, maar dat dit makkelijker gebeurt in een plotse noodsituatie, die snelle ingrepen vereist. Paradoxaal genoeg vermindert de indruk dat we nog enkele jaren voor de boeg hebben om de noodzakelijke maatregelen te treffen (in het geval van klimaatverandering of verlies van biodiversiteit) die onze beleidsmakers moeten mogelijk maken. Wanneer men snel moet handelen, worden er minder vragen gesteld, is er minder weerstand (van burgers, bedrijven en industriële lobby's, politici, etc.) en zijn de beslissingen krachtiger.

Een belangrijk verschil tussen deze crisis en de klimaatverandering is natuurlijk dat maatregelen om te reageren op het coronavirus (hopelijk) tijdelijk moeten zijn, terwijl maatregelen om te reageren op de klimaatverandering gericht zijn op structurele veranderingen. Deze zijn van essentieel belang om de aanzienlijke inertie van het beschadigde klimaat en de voortdurende verstoring ervan tegen te gaan alsook om de risico's van het overschrijden van bepaalde kritieke drempels te beperken.

Een ander verschil is dat de dreiging geografisch gezien veel dichterbij voelbaar is. Tegenover het coronavirus voelen we ons duidelijk in de voorste gelederen zitten, aangezien Europa het centrum van de wereldwijde pandemie is geworden. Dat geldt (nog) niet voor de opwarming van de aarde, waarvan nu vooral de landen in het Zuiden het slachtoffer zijn. Het Westen wordt echter ook steeds meer rechtstreeks bedreigd, met hittegolven die ook in Europa dodelijk zijn, branden in met name Australië en Californië, orkanen in de Verenigde Staten, stijgende oceanen die de kustgebieden aantasten, enz.

Elke crisis of noodsituatie heeft eigen bijzonderheden. Maar sommige principes van het gezond verstand kunnen op grote schaal worden toegepast: voorkomen dat we op korte termijn alleen bezig zijn met "business as usual" en ons meer bewust worden van onze potentiële kwetsbaarheden, rekening houden met de waarschuwingen van professionals en wetenschappers, anticiperen op en zich tijdig voorbereiden op geïdentificeerde risico's, solidariteitsmechanismen opbouwen of versterken om de samenleving collectief veerkrachtiger te maken.
Maatregelen ter bestrijding van het coronavirus lijken op korte termijn gunstig te zijn voor het milieu. Zal dit op langere termijn gevolgen hebben, of zal de vervuiling terugkeren met het economisch herstel?

De huidige crisis maakt de impact van menselijke activiteiten op het milieu zeer duidelijk. Wanneer deze druk afneemt, verbeteren bepaalde milieuparameters vrij sterk en snel (luchtvervuiling, geluidshinder, broeikasgassen, waterkwaliteit, druk op de biodiversiteit...). Dit is een les die een blijvende indruk zou kunnen achterlaten, onze ogen openen voor de noodzaak om enkele van de meest destructieve activiteiten in onze omgeving (zoals de luchtvaart, overmatig wegverkeer, enz.) structureel te verminderen.

Aan de andere kant is er, als de crisis eenmaal voorbij is, een zeer reëel risico dat alles weer "business as usual" wordt, met de wens om een economische inhaalslag te maken, wat de milieukwestie op een laag pitje zou kunnen zetten. Dit is wat er in 2010 gebeurde na de economische crisis van 2008-2009: de uitstoot van broeikasgassen is met het herstel sterk toegenomen.

Maar er zijn verschillen met de crisis van 2009: het bewustzijn van de klimaatnood en de verwachtingen aan onze regeringen zijn vandaag  belangrijker; de ultra-globalisering wordt meer in vraag gesteld dan dat tien jaar geleden het geval was (niet altijd ten goede gezien het terugplooien op de een identitair nationalisme).

De crisis van 2009 werd gezien als het resultaat van een buitensporige financiering van de economie, waarbij veel stemmen pleitten voor herinvestering in de reële productie. De context is anders, en daarom zou ook het mogelijke antwoord anders kunnen zijn.

sunsky

Het zou een gelegenheid kunnen zijn om bepaalde aspecten van het model te heroverwegen: de locatie van de productie (geneesmiddelen, maskers en zo meer), de noodzaak om de veerkracht van het lokale economische weefsel te verbeteren (het vermogen om potentiële schokken te weerstaan), onze overmatige afhankelijkheid van internationale transportvolumes, de centrale rol van de sociale zekerheidsmechanismen in geval van een crisis, enz.

De afgelopen dagen hebben we echter gezien dat grote vervuilende industrieën (luchtverkeer, autofabrikanten, olie-industrie...) een directe lobby hebben gestart om bestaande of geplande milieuregelgeving uit te stellen. Zullen onze politieke besluitmakers deze opportunistische en kortzichtige oproepen kunnen weerstaan, zullen zij de antwoorden op deze crisis in een coherente langetermijnvisie plaatsen? In dit stadium is gevaar reëel dat er op grote schaal publieke overheidssteun wordt aangewend voor alle vormen van economische activiteiten, ongeacht hun reële maatschappelijke meerwaarde, en ten koste van sociale eisen en de nodige klimaataanpassingen.

Een andere kwestie waar het om gaat is de kwestie van het multilateralisme, dat wil zeggen internationale samenwerking en solidariteit, om gemeenschappelijke uitdagingen aan te gaan. Zullen de dynamiek van de Verenigde Naties, de doelstellingen voor duurzame ontwikkeling, de klimaat- en biodiversiteitsconferenties uiteindelijk sterker uit de huidige crisis tevoorschijn komen, of zullen we de komende jaren getuige zijn van een groeiende nationalistische terugtrekking van staten?

Er is alleen sprake van milieuwinst als de herstelplannen expliciet gericht zijn op het verminderen van onze afhankelijkheid van fossiele brandstoffen. En voor een kwestie als het klimaat is het essentieel dat het antwoord deel uitmaakt van een wereldwijde dynamiek. En dat is nog geen uitgemaakte zaak, hoe dan ook. Maar de richting van de politieke besluiten die in de komende weken en maanden worden genomen, zal doorslaggevend zijn.
 

Noe Lecocq

Bron: Inter Environnement Wallonie, la voix du mouvement environnemental