Zandontginning: de zee leeghalen voor een klein prijsje.

Op onze kleine begrensde planeet kan elke element dat zich in de vrije natuur bevindt een grondstof zijn. Althans door de bril van de noeste nijveraars van het economische leven bekeken. Zo worden bomen grondstof, wordt schone lucht grondstof en worden dierlijke producten ook grondstof. Zelfs onze hersenen worden zo een strategische grondstof volgens sommigen. Waarom zou zand dan een uitzondering zijn? Privé-firma’s halen de zee leeg aan belachelijke prijzen.

Jaarlijks ‘wint’ de mensheid zo’n 50 miljard ton zand. Daarmee is het het meest ontgonnen vaste materiaal op de planeet. En onder meer door de stijgende wereldbevolking neemt die hoeveelheid steeds maar toe. Mocht ik u horen denken: dat klinkt niet duurzaam, zo zal dat waarschijnlijk niet kunnen blijven duren, wel dan kan ik u enkel maar gelijk geven. Dat is niet duurzaam, en zo zal dat niet kunnen blijven duren. Dat zegt ook de Unep, het milieuprogramma van de Verenigde Naties, in een nieuw rapport.

Zand is de grote held van onze ontwikkeling, zo stelt het Unep. Het wordt gebruikt om huizen en scholen te bouwen, bruggen, dammen en in photovoltaïsche platen om energie op te wekken. Maar daarnaast levert zand ook ecologische diensten zoals het in stand houden van biodiversiteit, het filteren van water, kustbescherming tegen overstroming of als dam tegen verzilting. Door het stijgende gebruik van zand is de ontginning op verschillende plaatsen groter geworden dan geologisch kan worden aangevuld. Elders zorgt de ontginning voor ecologische schade, toch zeker op plaatsen waar het om actief zand gaat: zand die een rol te spelen geeft, bijvoorbeeld in zandbanken in zee of in rivierdelta’s. Een voorbeeld van de negatieve impact van zandontginning in Tanzanië, Oeganda en Kenia is dat de zandontginning in rivierbeddingen zorgt voor onvruchtbare bodems, verzilting van grondwater en het vernietigen van vegetatie. Hierdoor moeten de vrouwen veel grotere afstanden afleggen voor het verzamelen van water, hout of andere benodigdheden en ultiem vluchten uit de eigen omgeving.

Door de groeiende wereldbevolking zal de vraag naar zand toenemen. Maar er zijn ook complexe linken met de klimaatverandering. De ontginning van zand kan broeikasgassen vrijmaken uit sedimenten. Het produceren van cement zorgt ook voor CO². Bovendien levert zand klimaatadaptieve diensten zoals bescherming tegen kusterosie. Zeventig procent van de kusten zijn aan het eroderen ten gevolge van de stijging van de absolute zeespiegel, met grotere golfintensiteit tot gevolg en verminderde afzetting van sediment aan de kust. Twintig procent van de wereldbevolking in nieuwe megasteden, leeft in zinkende gebieden ten gevolge van landverzakking, dit proces noemt relatieve zeespiegelstijging. In diverse gebieden zou het stoppen met zandontginning net zorgen voor het winnen van land op de zee en zorgen voor een stijging van woongebieden ten opzichte van de zee. Mogelijks is stoppen met zandontginning op diverse plaatsen de meest kosteneffectieve klimaatadaptatie maatregel

Ondanks het gigantische belang van zand zijn er nauwelijks wetten of regels die de ontginning in goede banen leiden. Dat kan tot een zandcrisis leiden volgens de Verenigde Naties, dat daarom tien aanbevelingen formuleert voor regeringen wereldwijd.

De aanbevelingen vallen uiteen in drie groepen. De eerste groep (1-3) gaat over het goed besturen van zandontginning. Het gaat over het erkennen en formaliseren van zand als strategische grondstof. De tweede groep aanbevelingen (4-5) betreft het creëren van een wettelijk en institutioneel kader. En de derde groep tenslotte (6-10) gaat om het duurzaam managen van zand als grondstof.

Dit zijn de tien aanbevelingen:

1. Erken zand als strategische grondstof.

2. Zoek lokale perspectieven voor verandering, weg van zand rekening houdend met de mensen op wie dit impact heeft.

3. Zorg voor een paradigma shift naar een regeneratieve en circulaire toekomst.

4. Zorg voor geïntegreerde  en strategische beleids- en wetgevende kaders.

5. Bepaal de eigendomsrechten en de toegang tot zandontginning.

6. Breng de grondstoffen in kaart, monitor ze en rapporteer.

7. Zorg voor ‘best practices’, nationale standaarden en een internationaal kader.

8. Promoot efficiëntie en circulariteit.

9. Stimuleer verantwoordelijkheid.

10. Herstel ecosystemen en compenseer verliezen.

België

Ook in ons land neemt de vraag naar zandontginning toe. Die gebeurt dan vooral op zee. Dat komt omdat er geen op het land gelegen zandontginningen meer zijn. Er zijn 4 grote ontginners van het zand. De grootste is de Vlaamse regering. Gevolgd door 3 private spelers: De Cloedt, Baggerfirma Deme en cementfirma CBR. In 1976 werd 29 000 ton zand ontgonnen. In 2020 hadden de 3 private spelers alleen al een vergunning voor 2,8 miljoen ton, die grotendeels dient voor de bouwsector.  Zo’n miljoen ton dient voor strandophoging door de overheid. Uit onderzoek van onder meer experte geologe Vera Van Lancker van het Koninklijk Instituut voor Natuurwetenschappen, bleek enige tijd geleden dat er toen gedacht werd dat er nog voor zo’n 80 jaar zand te otnginnen was in het Belgische Continentaal Plat (de zeeontginningszone voor de Belgische kust). We namen telefonisch contact op met mervrouw van Lancker: " Door nieuwe maatregelen werd de ontginning vertraagd. Er zal nu zeker voor langere tijd zand zijn van hoogwaardige kwaliteit." Voor hoe lang is echter nog onduidelijk. Van Lancker haalt hier nu nog onbekende ontwikkelingen uit de toekomst aan die tot efficiëntiewinsten kunnen leiden.

Kustbescherming.

Duidelijk is in ieder geval dat zand een eindig goed is. Een uitputbare common die binnen afzienbare tijd, of het nu binnen vier dan wel binnen vijf generaties is, aan haar eind zal komen.

De reden waarom de Vlaamse overheid de grootste afnemer is van dit zand is om aan strandverhoging te doen voor het kustbeschermingsplan.

De vraag blijft dus open of het actuele commercialiseren van zand en het toekennen van grote quota aan private bedrijven niet de toekomstige kustbescherming in de weg staat. Zeker als je rekening houdt met de opmerkingen in het VN rapport die stellen dat het niet ontginnen van zand op sommige plaatsen de goedkoopste klimaatadaptieve maatregel zou kunnen zijn. De vraag is hier: offeren we toekomstige publieke belangen op aan hedendaagse particuliere belangen? Een tendens uit het verleden die ons op zovele vlakken de grootste zorgen en problemen van onze tijd heeft opgeleverd?

Commons verpatsen.

Voor het meest hoog kwalitatieve zand rekent de overheid een taks van 0,54 euro per m3 aan.  Een kubiek zand is ongeveer anderhalve ton. De prijs hiervan als consument in de handel is een veelvoud hiervan. Zo kost bijvoorbeeld fijn speelzand 2,39 euro voor 25 kg of ongeveer 140 euro van anderhalve ton. De overheidsopbrengsten van zand worden integraal aangewend voor onderzoek naar de gevolgen van het ontginnen er van. De andere externaliteiten van de zandontginning, bijvoorbeeld de kosten op het vlak van compenserende maatregelen inzake klimaatadapatie, worden niet in rekening gebracht. Die zullen voor de gemeenschap zijn. Het ontginnen van zand is dus een cadeau aan private ondernemers.

Op onze vragen aan de FOD Economie over de prijszetting kwam geen afdoend antwoord rond de verborgen kosten: “De vergoeding die de overheid ontvangt, dient momenteel om de kosten te dekken van de monitoring van de zandwinning en studies van de impact ervan op milieu, kustverdediging, … Op basis van deze monitoring en studies werd bijvoorbeeld het referentieniveau (van maximale zandontginning) aangepast, zodat er globaal gezien minder zand kan gewonnen worden. Ook de grindbedden kunnen op basis van dit referentieniveau niet meer ontgonnen worden.Telkens als de monitoring en studies nieuwe inzichten opleveren, kunnen de ontginningsvoorwaarden worden aangepast.” Climaxi vindt dat allerhande multinationals op deze manier voor een prikje de zee kunnen plunderen en wijst op de steeds verdergaande privatisering ervan: "Bovendien worden prijzen aangerekend die ver onder de marktprijs liggen en de aangebrachte schade niet vergoeden. De zee staat ondertussen vol met privé-windmolenparken, ontginningen en (de nieuwste trend) kweekplaatsen voor mossels en zeewier. De lasten zijn voor de gemeenschap, de lusten voor ondernemers."

Sammy Roelant