SOLVA-klimaatrapport: zin en onzin van regionale klimaatrapporten.

De Intercommunale SOLVA coördineert de klimaatacties van gemeentebesturen in het zuiden van de Provincie Oost-Vlaanderen. Die engageerden zich om 40 % CO2 uit de lucht te halen tegen 2040. Dat is al ruim onder de Europese doelstellingen die 55 % tegen 2030 voorstellen. Elk jaar rapporteert men over die planning. Onze West-Vlaamse medewerker hield de plannen tegen het licht en roept: laaghangend fruit!

Elk tijdsvak heeft zo zijn politieke dada’s en bijhorende bestuursstijl. Zo wilden farao’s het volk al eens doen geloven dat ze familie waren van een of andere kat- of vogelgodheid. Dat noopte tot hele volksverhuizingen van stakkerds die tonnen wegende massieve blokken mochten hellingen opslepen onder het knallende geluid van zwepen. Caligula benoemde dan weer zijn paard tot adviseur. Dit om maar te zeggen dat ook onze tijd zo haar politieke praktijken heeft die vanop afstand nogal magisch kunnen overkomen. Eentje er van is dat onze politici en ambtenaren het graag zo voorstellen alsof ze objectief geïdentificeerde problemen met technische oplossingen te lijf gaan. Zonder ideologie. Als de enig mogelijke weg. Hun priesters zijn dan onderzoeksbureaus die binnen de bandbreedte van de politieke consensus bestelde rapporten voortbrengen die vooral moeten zeggen: kijk eens hoeveel cijfers en objectieve gegevens wij hebben en jij niet. Handig om met een retorisch machtsoverwicht aan de discussie te beginnen.

Klimaatrapporten

Eén zo’n constructies zijn de lokale, provinciale, gewestelijke, nationale of anderszins territoriale klimaatrapporten. Het gaat om rapporten die eerst en vooral van alles begrenzen: een politiek niveau, een aantal zaken die al of niet gemeten worden of meegerekend, welke beelden en metaforen zullen gebruikt worden om daarover te rapporteren etc. Ze mikken op enkele elementen die we kunnen beheersen zonder politieke of sociale omwentelingen. Bij voorkeur komen ze met technologische ‘moderne’ oplossingen. En liefst brengen ze cijfers in beeld die in de goede richting gaan. Zo kan er in het volgende schooldebatje voor de verkiezingen naar believen worden geput uit wat de rapport-producenten naar buiten kakten (buiten poepten voor Nederlanders en Vlamingen die een afkeur hebben van het niet omfloerst benoemen van fecalieën).

Zo zorgen ze ervoor dat de toehoorders door het bos de bomen niet meer zien. Het bos dat de mensen vooral niet mogen zien is dat er op geen enkel moment de voorbije decennia ook maar de geringste knik gekomen is in de mondiale uitstootcurve. Dat het resterend stukje reserve fossiele brandstoffen dat we uit de grond mogen halen met de dag slinkt zonder volwaardig debat over waar het precies nog voor zou mogen worden aangewend. Dat de helft van die verdrinkende mensen in de Middellandse Zee er zijn die op de vlucht gaan voor de gevolgen van wat we allemaal uitspoken. Dat de klimaatproblemen geen toekomstprobleem zijn maar zich nu al volop laten gelden. Dat het prangend is. Dat de samenleving ingrijpend zal moeten veranderen. Dat dat niet zal gebeuren met gepingel in de marge.

Wat staat er nu concreet in dat rapport?  

Hoezee! De uitstoot in Zuid-Oost-Vlaanderen is gedaald! Met tien procent tussen 2007 en 2018. Op elk debat kunnen lokale politici gloriërend vertellen welk een goed klimaatbeleid zij hebben gevoerd. Of niet? Eerst een rekenkundige weetje: als iets in 7 jaar 11 % daalt, dan daalt het 1,5% per jaar. Dat betekent dat Zuid-Oostvlaanderen er 45 jaar over zou doen aan dit tempo om haar uitstoot te halveren. 90 jaar om die tot een kwart terug te dringen. Dit zijn niet bepaald cijfers die in de richting gaan van de aangekondigde klimaatdoelstellingen. Dit staat nog los van het feit dat veel van de cijfers ruwe schattingen zijn op basis van meer algemene Vlaamse cijfers.

Bovendien blijkt de grootste winst te komen uit heel specifieke zaken: woningen die minder energie gebruiken uit (bepaalde) fossiele brandstoffen, openbaar vervoer, publieke verlichting etc. Kortom de individuele burger en de overheid zelf. Veel van de jaarlijkse energiebesparing komt uit nieuwbouw en renovatie. De uitstoot hiervan wordt niet meegerekend. Kortom hoeveel netto-winst dit echt oplevert is niet duidelijk. Daarnaast zijn er sectoren die blijven doorkachelen, zoals de landbouw en het privé vervoer. Uitstoot door auto’s blijft stijgen, autobezit blijft stijgen, de CO? intensivering van de landbouw blijft stijgen. Het energiegebruik van de grote bedrijven wordt netjes buiten beeld gehouden en is niet opgenomen in de meting. Wat ook niet opgenomen wordt is vliegverkeer of scheepvaart. Of uitstoot ten gevolge van consumptie.

Het lijkt wel een rapport van de FBI dat tegen de zin wordt vrijgegeven dus: vol met zwarte strepen die echt relevante zaken verbergen. Nochtans is bijvoorbeeld transport verantwoordelijk voor 37,2% (2018) van de totale CO? uitstoot in de regio. Tegelijkertijd nam het aantal motorvoertuigen in Vlaanderen met 13% toe tussen 2011 en 2020.

Consumptie

Dat consumptie geen deel uitmaakt van wat gemeten wordt brengt is een scheeftrekking, waar bijvoorbeeld Swyngedouw in 'Klimaatactie in gele hesjes' al naar verwees: door het territoriale meten van CO? uitstoot blijft de impact elders van onze gedrag buiten beeld. Als er bijvoorbeeld meer wordt ingezet op technologische oplossing of Smart Cities dan blijft de vervuilende aanmaak van deze producten uit de cijfers hier, maar worden ze toegevoegd aan de cijfers in de (armere) producerende landen. Zo krijg je een framing van het debat als zou het rijke westen een goede leerling zijn en het arme zuiden minder goed bezig. Uiteraard is deze manier van presenteren en verbergen ingebed in een machtsdiscours waarbij technocratische presentatie van droge cijfers verhullen dat een bepaald ideologisch wereldbeeld buiten schot wordt gehouden.

Daarnaast is het ook een stuk vervalsing om politieke bobo’s buiten schot te houden. Als je alles zou meerekenen in Zuid-Oostvlaanderen wat relevant is voor klimaatverandering (ook de niet meegerekend broeikasgassen bvb uit methaan), de consumptie, het toerisme, de verplaatsing van uitstoot, het vliegverkeer, de uitstoot van de bedrijven...dan is de kans groot, hoewel niet zeker want ongemeten natuurlijk, dat in die periode de klimaatimpact van de regio gestegen is. Niet zo’n fraai beeld om mee uit te pakken natuurlijk. Dus presenteert men geen klimaatrapport maar een eerder grofmazig rapport van cijfers in een sector waar voor de overheid en politiek laaghangend fruit zich bevindt.

Sammy Roelant