Opent Europa de deuren voor GGO’s door lidstaten de mogelijkheid te geven ze te verbieden?
Het Europese Parlement keurde vandaag een wetsaanpassing goed waardoor nationale milieuministers beslissingen kunnen nemen over al of niet toelaten van genetisch gemanipuleerde organismen (GGO’s) op hun grondgebied. Dit betekent dat lidstaten GGO’s kunnen weren, ook wanneer ze op Europees niveau zijn toegelaten. Toch zijn hier heel wat nevenbedenkingen bij te formuleren.
De wetsaanpassing
Voorheen werden moest de teelt van GGO-gewassen goedgekeurd worden in het Europees Parlement alvorens ze geteeld konden worden. Daarbij werd zelden een overeenstemming bereikt. Enkel over Monsanto’s “MON810” maïs bereikte de EU een akkoord. De goedkeuring voor voor de gemodificeerde aardappel “Amflora” werd in 2013 terug ingetrokken door het Europese Hof.
Positief is wel dat overheden nu hele groepen van GGO’s kunnen verbieden. Hoewel ze ook per soort kunnen beslissen, kunnen ze ook gewassen verbieden op basis van kenmerken (vb: alle GGO-mais).
De huidige wet heeft echter een aantal omstreden aspecten in zich. Zo kan een land er voor kiezen om biotechbedrijven beslissingsmacht te geven inzake welke GGO-gewassen men al dan niet wil aanschaffen. Een overheid kan ook onopgemerkt een verbod op bepaalde producten opheffen. Daarnaast is het ook onzeker of lidstaten een verbod op GGO’s kunnen instellen op basis van milieuredenen, omdat deze volgens de bestaande wetgeving voorgehouden zijn voor het EU-niveau. Dit is echter één van de grootste redenen om GGO’s niet toe te laten. Een verbod wegens andere redenen zou wel mogelijk zijn (sociaal-economische, landbouw, beleidsredenen,…).
In België
In België zijn de verschillende regio’s bevoegd voor het al dan niet toelaten van GGO’s, mits advies van de federale overheden. Vlaanderen lijkt positief te staan ten aanzien van deze GGO’s, terwijl onze zuiderburen er niet veel in zien. De wet bepaalt echter dat overheden er zorg voor moeten dragen dat andere producten niet vermengd geraken met GGO’s. Hoe dit in België in de praktijk kan gebracht worden, is onduidelijk. Er werd namelijk geen fonds voorzien voor besmettingen van conventionele landbouwproducten met GGO’s.
En achter de Europese schermen…
Hoewel deze wetgeving lidstaten in staat stelt GGO-teelt op eigen bodem te verbieden, doet dit ook wel een aantal vragen rijzen. Zo ontloopt Europa op deze manier de verantwoordelijkheid om bindende wetgeving vast te leggen op Europees niveau. De roep om een socialer Europa met meer ecologische maatregelen klinkt steeds luider. De beslissing om deze bevoegdheid terug te hernationaliseren, lijkt vooral te komen vanuit het feit dat teveel lidstaten tegen GGO’s waren. Dit hield GGO’s tegen in de gehele Europese Unie. De effecten van GGO’s zijn echter grensoverschrijdend en zijn daarom relevant om wel op grotere schaal vast te leggen.
Deze wet wordt nog gevaarlijker wanneer we ze bekijken vanuit de huidige onderhandelingen rond het Transatlantic Trade and Investment Partnership (TTIP). De Verenigde Staten en de Europese Unie werken momenteel een vrijhandelsakkoord uit. Een deel van dit vrijhandelsakkoord, de ISDS-clausule, stelt bedrijven in staat om regelegeving opgelegd vanuit overheden aan te klagen in een eigen soort rechtbank. Wanneer een land dus GGO’s verbiedt, kunnen grote biotechmultinationals deze dus aanklagen wegens “het schaden van hun
1/2
belangen”.
Wordt ongetwijfeld vervolgd...