Gentse Universiteit gooit foute lijn uit.

De maritieme werkgroep van de Universiteit van Gent organiseert deze week een event rond duurzame vis. Daarin wordt ronduit de kaart getrokken van kweekvis en pangasius. Vzw Climaxi, klimaatbeweging én initiatiefnemer van de petitie tegen de inplanting van een Pangasiushub in Zeebrugge, vindt dit het resultaat van totaal geïsoleerd én verengd onderzoek. Duurzaamheid is méér dan het tellen van biologische bestanden.

De onderzoekers gaan voor kweekvis, vanuit de vaststelling dat er te weinig wilde vis is om de

Belgen/Europeanen te voeden. Zelfs betwiste vissoorten als pangasius worden aanbevolen, indien ze door een duurzaamheidsmerk (ASC) gekeurd worden. Climaxi verzamelde ongeveer tweeduizend handtekeningen tegen de import van pangasius. De petitie wordt gesteund door mensen uit milieubewegingen, wetenschappers, kunstenaars, vissers en vishandelaars, andersglobalisten, voedselteams, bekende chef-koks, parlementairen van GROEN en syndicalisten van het ABVV.

Namens deze coalitie willen wij een aantal kritische bedenkingen uiten tegenover het initiatief van de Gentse universiteit:

  • Men vertrekt van het idee dat wij onszelf niet kunnen voeden met de aanwezige vissoorten. Climaxi erkent dateen aantal soorten (kabeljauw, paling, tonijn…) zwaar bedreigd zijn maar stelt dat andere bestanden (tong, pladijs) in onze eigenste Noordzee aan het groeien zijn. Dat bewijst dat men mits de juiste economische/ecologische aanpak de visserij kan verduurzamen.
  • De universiteit promoot pangasius als een propere vis, die laag in de voedselketen staat en dus ecologisch aante bevelen is. Climaxi stelt dat er evenveel studies zijn die pangasius de grond in boren omwille van gezondheidsredenen als andere die het tegenovergestelde beweren.
  • Volgens de werkgroep kan dit euvel verholpen worden door vis te laten keuren door zogezegde ecologischelabels als ‘ASC’, de variant op ‘MSC’ voor kweekvis. Climaxi stelt dat veel ecologische labels ondoorzichtig of onbetrouwbaar zijn. Wij dagen hen uit om hun concrete lastenboeken op tafel te leggen. In elk geval zijn ze voor veel kleine vissers en handelaars onbetaalbaar!
  • Het initiatief houdt geen rekening met het aspect voedselkilometers. Men schat dat het om én weer vliegen van

1/2

pangasius ongeveer hetzelfde resultaat zal hebben als het vissen in de Noordzee met boomkorren. Men negeert dus de passieve visvangst en de verbeterde vistechnieken. De stelling wordt evenmin door wetenschappelijke cijfers onderbouwd.

  • Duurzaamheid, dat is ook sociale rechtvaardigheid. Door te kiezen voor kweekvis en pangasius schakelt mende kleine reders en vissers uit. Wil men dan een eigen sector naar de verdoemenis laten helpen? Denkt men dat iemand in Viëtnam een eerlijke prijs krijgt voor deze handel? Is het duurzaam om te kiezen voor de grote economisch actoren die zich met transport en invoer van deze soorten bezig houden? Wat met het korteketendenken dat overal opgang maakt?
  • Mogen we nog kiezen voor een lokaal betrokken eetcultuur of moeten we ons allemaal overleveren aan vrijsmaakloze en minder kwalitatieve vissoorten? Belangrijke organisaties als Slowfood en Voedselteams proberen een correcte lokale betrokkenheid op te zetten die nu door de universiteit, zonder enige debat met de visserij of de milieubeweging, vakkundig geboycot wordt.

Climaxi maakte een documentaire rond visserij en kreeg daar de Federale Persprijs Duurzame Ontwikkeling voor. Misschien moet de universiteit in het vervolg eerst in dialoog gaan met anderen, voor ze een standpunt inneemt. Climaxi stelt voor dat de universiteit een aantal DVD’ bestelt van de documentaire en is bereid om (bij gebrek aan universitaire fondsen) 50 exemplaren cadeau te doen, in de hoop op een zinnig debat dat de cijfertjes en de eigen onderzoekdomeinen van de vakgroep overstijgt.

Twee weken geleden werd het Noordzeeviskookboek van Felix Alen en Marc Declercq voorgesteld.

Wetenschappers van ILVO (Instituut voor Landbouw en Visserijonderzoek) en VLIZ (Vlaams Instituut voor de Zee) gaven advies rond de consumptie van een twintigtal Noordzeevissoorten. De auteurs geven advies over beperken van de consumptie van té jonge vis, rond de seizoenen die men best kiest om een aantal soorten te kopen en spreken zich uit voor minder belastende technieken. Climaxi vindt deze weg sociaal én ecologisch beter bewandelbaar dan de pangasiusaffaire van de Gentse universiteit.

Op donderdag 5 november discuteerde ook het Vlaams Parlement over Pangasius. Bart Caron (Groen!) voelde Minister Schauvlieghe aan de tand rond de inplanting van de invoerhub in Zeebrugge. Volgens de minister is pangasius geen concurrentie voor de Belgische visserij. Wij stellen voor dat de minister dat eventjes aan de vissers gaat uitleggen. Ook Sabine Vermeulen (N-VA) vroeg de minister dit met cijfers aan te tonen. Volgens Crevits zijn die cijfers er niet. Caron vroeg de minister een week geleden ook wat de afloop was van de koelproblemen in de Oostendse vismijn deze zomer. Climaxi bracht toen uit dat de temperatuur kon oplopen tot 14 °, veel méér dan de maximale toegestane 4°. De voedselinspectie zou deze feiten vastgesteld hebben maar de minister liet weten 'dat de Vlaamse Overheid geen kennis heeft van deze feiten?' Filip De Bodt